Rp_0486-4700_2018_060_004_covr
Rss

Res Publica

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 2, 2011 Alle samenvattingen uitklappen
Article

Access_open De impact van party magnitude op het aantal vrouwelijke verkozenen

Gender quota in België kritisch bekeken

Trefwoorden gender quota, Belgium, impact, party magnitude, women in politics
Auteurs Sandra Sliwa, Petra Meier en Peter Thijssen
SamenvattingAuteursinformatie

    In the literature on the impact of gender quota party magnitude appears as one of the most critical explanatory variables. A high party magnitude has long been argued to be a necessary condition for quota to be effective. However, recently a number of studies have shown that gender quota can be equally effective in the case of low party magnitude. An analysis of the Belgian regional elections for the years 1999, 2004 and 2009 shows that for quota to be effective it is crucial that they are tailored to the electoral system in which they are applied. Quota prove to be particularly effective when party magnitude is high while a placement mandate is effective when it covers a substantial part of the eligible list positions. We therefore conclude that effective quota can be designed for both high and low party magnitude.


Sandra Sliwa
Sandra Sliwa was van november 2008 tot en met mei 2010 als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de Universiteit Antwerpen. Haar onderzoek richtte zich op de impact van genderquota en de determinanten van voorkeurstemmen. Nu werkt ze als beleidsmedewerker voor de Milieu- en Natuurraad Vlaanderen.

Petra Meier
Petra Meier is docente aan het Departement Politieke Wetenschappen van de Universiteit Antwerpen en promotor coördinator van het Steunpunt Gelijke Kansenbeleid. Haar onderzoek spitst zich toe op vraagstukken van politieke vertegenwoordiging in politiek en beleid vanuit (o.a.) een genderperspectief.

Peter Thijssen
Peter Thijssen is hoofddocent aan het Departement Politieke Wetenschappen van de Universiteit Antwerpen. Zijn onderzoek spitst zich toe op de wisselwerking tussen publieke opinie en politieke participatie.
Article

Access_open Maken sterke lijsten een verschil?

Een analyse van de lijsten bij de federale en regionale verkiezingen in het Vlaams Gewest (2003-2010)

Auteurs Bart Maddens en Gert-Jan Put
SamenvattingAuteursinformatie

    Theories on ticket balancing assume that the success of a list in an open list PR system is related to the distribution of the candidates on the list according to variables such as age, gender, professional background and residence. To test these assumptions data were collected about 179 lists for the 2003, 2007 and 2010 federal and 2004 and 2009 regional elections, in the Flemish region of Belgium. A multivariate analysis shows that a list is more successful compared to the other lists of the party in the election if there are more incumbents and aldermen or majors on the list, and less young candidates. A similar analysis with the relative swing as dependent variable suggests that only the age and the number of aldermen or majors have a causal effect on the success. The success of a list does not seem to depend on the visibility of woman candidates, the professional profi les of the candidates, their geographical dispersion or the total campaign expenditures.


Bart Maddens
Bart Maddens is hoogleraar aan het Centrum voor Politicologie van de Katholieke Universiteit Leuven. Hij doet onderzoek over onder andere partij- en campagnefinanciering en politieke partijen in multi-level systemen.

Gert-Jan Put
Gert-Jan Put is assistent aan het Centrum voor Politicologie van de Katholieke Universiteit Leuven. Hij doet onderzoek over de geografische spreiding van kandidaten en de geopolitieke strategie van partijen.
Article

Access_open Stedelijke context en steun voor de PVV

Interetnische nabijheid, economische kansen en cultureel klimaat in 50 Nederlandse steden

Trefwoorden anti-immigrant voting, interethnic contact, ethnic competition, urban cultural atmosphere, bohemian index, gay-scene index
Auteurs Jeroen van der Waal, Willem de Koster en Peter Achterberg
SamenvattingAuteursinformatie

    Some studies find that interethnic propinquity leads to ethnic tolerance, while others conclude that it underlies ethnic conflict. Using data on 50 Dutch cities in 2006 and 2010, this article assesses whether the consequences of interethnic propinquity for votes for Wilders’s PVV – the Dutch anti-immigrant party par excellence – are conditional on the economic and cultural urban contexts in which these contacts take place. In line with the ‘conflict hypothesis’ it is found that a higher level of interethnic propinquity leads to more support for the PVV in cities with a high level of unemployment and an intolerant cultural climate (as measured by the bohemian index and the gay-scene index), whereas the relationship is reverse in cities with low unemployment levels and a tolerant cultural climate (corroborating the ‘contact hypothesis’).


Jeroen van der Waal
Jeroen van der Waal is als socioloog verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Daar verricht hij onderzoek naar 1) de gevolgen van economische mondialisering voor sociale ongelijkheid in geavanceerde economieën, en 2) de gevolgen van culturele veranderingen voor waardenpatronen en stemgedrag in westerse samenlevingen.

Willem de Koster
Willem de Koster is als cultuursocioloog verbonden aan het Centre for Rotterdam Cultural Sociology (CROCUS) van de Erasmus Universiteit Rotterdam, waar hij in december 2010 promoveerde op het proefschrift ‘Nowhere I Could Talk Like That’: Togetherness and Identity on Online Forums. Hij publiceerde eerder over verschillende vormen van tolerantie en de culturele conflicten die daarmee gepaard gaan, virtuele gemeenschapsvorming door rechts-extremisten, online participatie door orthodox-protestantse homoseksuelen, keuzestress, maatschappelijk omstreden cartoons, de opkomst van de strafstaat, de publieke rol van religie en verzorgingsstaatschauvinisme.

Peter Achterberg
Peter Achterberg is als cultuursocioloog verbonden aan het Centre for Rotterdam Cultural Sociology (CROCUS) van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij publiceerde onder andere over veranderingen in de politieke cultuur, de legitimiteit van de verzorgingsstaat, culturele globalisering, en de acceptatie van nieuwe technologieën.

Jacques Thomassen
Jacques Thomassen is emeritus hoogleraar politicologie bij de Faculteit Management en Bestuur van de Universiteit Twente en Algemeen Secretaris van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).
Symposium

Access_open Populisme: zegen of vloek?

Auteurs Jack de Vries, Paul Frissen, Herman Lelieveldt e.a.
Auteursinformatie

Jack de Vries
Jack de Vries is eigenaar van ‘Jack de Vries Communicatie Advies’. Voorheen was hij campagneleider van het CDA en staatssecretaris van Defensie.

Paul Frissen
Paul Frissen is hoogleraar Bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg. Hij is tevens decaan en bestuursvoorzitter van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) te Den Haag en lid van het adviesorgaan Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO). Zijn recentste boek is getiteld Gevaar verplicht. Over de noodzaak van aristocratische politiek.

Herman Lelieveldt
Roosevelt Academy, Middelburg.

Marco Pastors
Marco Pastors is organisatieadviseur en raadslid voor Leefbaar Rotterdam. Tussen 2002 en 2005 was hij voor die partij wethouder ruimtelijke ordening en volkshuisvesting.

Julien van Ostaaijen
Julien van Ostaaijen werkt als onderzoeker aan de Tilburgse School voor Politiek en Bestuur (TSPB), verbonden aan de Universiteit van Tilburg. Zijn onderzoek heeft met name betrekking op lokaal bestuur. In 2010 verscheen zijn proefschrift Aversion and Accommodation. Political Change and Urban Regime Analysis in Dutch Local Government: Rotterdam: 1998-2008.

Rinus van Schendelen
Rinus van Schendelen is emeritus hoogleraar Politicologie aan Erasmus Universiteit Rotterdam. Zijn meest recente boek is More Machiavelli in Brussels: the Art of Lobbying the EU.

Cas Mudde
Cas Mudde is Nancy Schaenen Visiting Scholar aan het Janet Prindle Institute for Ethics alsmede Visiting Associate Professor in het Department of Political Science van DePauw University in Greencastle, Indiana (Verenigde Staten). Zijn onderzoeksinteresse gaat uit naar populisme. Met Populist Radical Right Parties in Europe (Cambridge University Press, 2007), won hij de Stein Rokkan Prijs (2008).

Margit van Wessel
Margit van Wessel is universitair docent Communicatiewetenschap aan Wageningen Universiteit. Haar onderzoeksinteresse gaat uit naar de verhoudingen en communicatie tussen formele politieke en bestuurlijke organisaties en hedendaagse publieken.

Jan Beyers
Jan Beyers is hoogleraar politieke wetenschappen aan de Universiteit Antwerpen. Hij is actief op het terrein van institutionele theorieën, politieke organisaties en belangengroepen, vergelijkende en Europese politiek en onderzoeksmethoden.

Bart Kerremans
Bart Kerremans is gewoon hoogleraar internationale betrekkingen aan de KU Leuven. Zijn onderzoek richt zich op de internationale politieke economie van handelsbeleid met aandacht voor de rol en het gedrag van publieke en private actoren daarin.